Elburg is één van de Hanzesteden waar ik graag kom. Hoe vaker ik er kom hoe meer nieuwe middeleeuwse details ik ontdek. De middeleeuwse sfeer is nog altijd voelbaar. Ik vindt het fijn dat de oude historische stad goed bewaard is gebleven en als je er bent en er door heen wandelt je het gevoel van de middeleeuwen echt te pakken krijgt. De smalle steegjes, de keitjes op de stoep, de mooie oude pandjes, (600 monumentale gebouwen) hangende visnetten, de oude Joodse begraafplaats, de Sint Nicolaaskerk, de stadswallen met zijn stadsmuren, bruggen naar de vesting toe, de Vischpoort en het park, maar zelfs het toilethuisje is oud en historisch.
Ik zal jullie nu wat vertellen over de geschiedenis van Elburg.
Elburg is een hele oudemiddeleeuws stad die tot 1932 uitkeek over de oude Zuiderzee. Vroeger was het een vissers- en handelsplaatsje, de handel verliep vroeger voornamelijk over het water.
De geschiedenis van Elburg gaat terug tot het jaar 796, vroeger heette Elburg, “Thornspick” en bouwden ze huizen aan weerszijden van een lange rechte straat. Zo ontstond er een dorp, deze bevond zich buiten de huidige vesting. Voor locatie zie foto hieronder.
Er kwamen steeds meer vissers, ambachtslieden en handelslui bij die zich vestigden in het dorp, waardoor de bevolking flink doorgroeide. Toen zijn ze opnieuw gaan bouwen in een rechte straat “de Oldestraat” aan weerszijden. Deze straat zou de hoofdstraat zijn geweest van het oude Elburg. Dat is nu de huidige Ellestraat (gele streep op de foto). Meer over “de Oldestraat” kan je hier lezen.
Mogelijk kreeg Elburg in het jaar 1233 stadsrechten, maar die werden in het jaar 1310 als vervallen verklaard. Omdat Graaf Otto niet bevoegd was om stadsrechten te verlenen en geen koninklijke toestemming had gevraagd. Op 4 december 1312 werden de oude stadsrechten herbevestigd en uitgebreid.
In 1367 ging Elburg deel uit maken van de Hanze, de Hanze is een verbond van handelssteden rond de Noord- en Oostzee dat zelf verdragen sloot en machtig was. De handelsstroom bestond onder andere uit zout, vis, granen, hout, bier, wijn, laken, bijenwas en pelzen. De 14de en 15de eeuw waren de hoogtij- eeuwen van de Hanze. Dit handelsverbond bestaat nog steeds en omvat een kleine tweehonderd Noord-Europese steden.
Op 2 oktober 1392 gaf daarom de toenmalige Hertog van Gelre het bevel om de stad te verplaatsen en haar vrijheid uit te breiden. Het hoe en waarom is niet precies bekend, er gingen geruchten over het maken van winst. Of dat het huidige dorp enige bedreiging gaf of dat er verwoesting zou komen vanwege de ligging dicht bij de Zuiderzee. Het plan om een nieuwe stad te bouwen kon worden uitgevoerd dankzij de welvaart die Elburg als Hanzestad in die tijd kende.
Om nog even terug te komen op “de Oldestraat” deze straat werd met de bebouwing aan weerszijden, samen met de nieuw aangelegde stad opgenomen binnen de ommuring. Daarmee werd “de Oldestraat” een tegen de stadsmuur doodlopende weg. Vroeger liep de straat door tot aan de andere kant van het water, waar nu de huidige gracht zich bevindt.
Rentmeester Arent thoe Boecop liet in vier jaar tijd (1392-1396), gebruik makend van een deel van de bebouwing van de oude stad, een nieuwe stad bouwen. Die nieuwe stad is gebaseerd op het principe van de gulden snede, een zeldzaamheid in de stedenbouw in dat eeuw. Een vrijwel rechthoekige plattegrond, waarin de straten planmatig werden aangelegd. Zo’n plan word ook een Bastide genoemd. Typerend voor de bastide is een rechthoekig stratenpatroon dat de stad verdeelt in acht huizenblokken rondom een centraal marktplein.
De oorspronkelijke bebouwing rondom “Olde straat” hedendaagse Ellestraat, waar het heilige Geestgasthuis stond, werd deels opgenomen in dit plan. De oorspronkelijke beek is verlegd zodat deze door de nieuwe stad loopt. Die voorziet de stad van (drink)water en een afvoer. Het nieuwe Elburg is door de hertog en landsheer Willem van Gulik gesticht en door zijn rentmeester Arent thoe Boecop gebouwd.
In het oorspronkelijke plan lag achter de stadsmuur de binnengracht. Op de Oosterwal, ter hoogte van de historische achtergebleven stadsmuur naast de kerk, is duidelijk te zien dat op deze plek in het vroegere Elburg de gracht lag. Het land tussen de wal en stadsmuur ligt lager dan de omgeving. Op het filmpje hieronder van Museum Elburg is dat heel duidelijk uitgelegd.
Rond de 14e eeuw werd Elburg een Vestingstad, met grachten, muren en verdedigingstorens. Op de hoeken van de vesting Elburg zijn in de 80-jarige oorlog bolwerken aangelegd. Om de stad is de buitengracht verwijd, de omwalling verhoogd en de toren bij de haven tot poort verbouwd.
Door de bouw van de Afsluitdijk werd de afstand tot het open water flink vergroot. De visserij maakte plaats voor andere beroepen. De oude houten schepen die nog in de haven liggen, de botters, houden de herinnering aan Elburgs visserij verleden levend. Heden ligt Elburg aan het Veluwemeer en het Drontermeer. Een favoriete plek om aan te meren met de boot. Je wandelt vanaf de haven, de brug over en dan onder de middeleeuwse Vischpoort zo de oude Hanzestad-en Vestingstad binnen.
Ik zou zeggen kom eens langs en kom zelf de middeleeuwse sfeer eens opsnuiven! En als de Sint-Nicolaaskerk open is en je je fit voelt, loop dan eens de toren in zodat je de stad van bovenaf kan zien.
Hieronder wat foto’s van de stad, ben er elk jaar getijde wel een keer en moet ook altijd foto’s maken… Op één af andere manier wil ik steeds de sfeer vastleggen maar dat is toch heel anders als je er zelf bent dan achteraf op een foto.